Rennen als een dwaas rond het Westerpark

Journalist Auke Kok had gehoord dat het lekker hardlopen was in het Westerpark en ging het uitproberen. Op 15 januari 2021 beschreef hij zijn ervaring in een column in de NRC. Die column was voor ons een feest van herkenning!

Voor lopers die het Westerpark overwegen, lees even mee. Zo leuk is het dus. En welkom natuurlijk om dit rondje samen met ons op een zaterdagochtend af te leggen!

Hieronder integraal de tekst van de column.

Ik had gehoord dat het daar lekker hardlopen was, dus ik erheen. Naar het Westergasterrein. Eerst de stramme ledematen wat losmaken in het straatje van de televisiestudio’s van M en Op1, op mijn gemakje langs de restaurantjes die het nu zo moeilijk hebben. In stilte groet ik de dapperen met hun afhaalbalies, een mens moet wat in coronatijden. De lockdown verlengd, veel erger dan dit kan het niet worden. Zeker hier niet, in dit oord van jeugdig hedonisme. Maar zoals meestal tijdens het hardlopen ben ik nog niet in beweging of het optimisme trekt mij voort.

Rechtsaf een bruggetje over, het Westerpark in, het lijf al wat losser, de ademhaling dieper. Ik neem het pad richting Sloterdijk, een prettig lang dijkje tussen de volkstuintjes rechts en volop bouwwerkzaamheden links van me: kantoren evolueren tot woonappartementen, prima. Verderop achter het park zal sowieso veel worden gebouwd – nogmaals prima.

Het park uit, verder naar Sloterdijk. Ik kom vol in de gure wind en vind er eventjes niks aan. Doorzetten maar, niet vertragen.

Ik lach onhoorbaar en weet zeker dat alles en iedereen, zelfs het geplaagde Amsterdam, het zal redden.

Gelukkig vind ik een paadje tussen de kantoren en weerbarstig hijgend draai ik een pad op verder naar het Westen. Plezier keert terug, prettig ver verwijderd als ik ben van de auto’s op de Haarlemmerweg. Ach ja, die reusachtige bal van DWS, icoon langs het snelverkeer. Ik heb te doen met de jongeren als ik terugdenk aan de tijd dat ik absoluut geen maanden zonder voetballen kon. In gedachten wens ik ze sterkte – jullie tijd komt wel weer!

Lekker rustig hier met dat weidse uitzicht op het groen. Ik draai naar rechts en passeer het afvalpunt: plek van de toekomst, mijmer ik terwijl de eerste endorfine mijn hersenen bedwelmt. Niks prozaïsch, al die mannen van de afvalscheiding, juist romantisch! Recyclen is overleven!

Vanbuiten lijk ik ernstig als ik hardloop, maar vanbinnen heerst de grijns van een gek. Alles wordt prachtig en ik ren en ik zweet en geleidelijk neemt de endorfine, mijn doping, het stuur van me over. De benen malen als vanzelf.

Weer naar rechts nu, terug naar het Westerpark. Links doemt de Klimhal op en meteen ben ik weer de jonge vader met zijn jarige oudste dochter ergens hoog tegen een muur. Bezorgd en trots. Ik lach onhoorbaar en weet zeker dat alles en iedereen, zelfs het geplaagde Amsterdam, het zal redden. Want zie nu eens Sloterdijk, ons station 3.0. Dat design, die complexe logistiek!

Schitterend die zwiepende staart ook van de jonge vrouw die mij inhaalt. Sterke dijen op weg naar de lente. Hup!

Ik slinger mij langs begraafplaats Sint Barbara en de speeltuin, los op in de drukte van het park. Hoe energiek het gebabbel boven de kinderwagens, hoe aanstekelijk de grappen!

Volkomen high ga ik rond de vijver. Een laatste sprintje op het grote grasveld en dan afkoelend rustig naar de meet.

Tien kilometer in een uur: blij met zichzelf en nat tot in zijn schoenen weet de dwaas dat alles goedkomt.

Auke Kok is schrijver en journalist.